Bald Island
Bald Island ligt 1,5 km van de zuidkust van West-Australië. Het is in 1964 tot een beschermd natuurgebied verklaard. Het heeft een oppervlakte van 8,09 km². Het eiland bestaat bijna geheel uit graniet en rijst op uit zee tot een hoogte van 310 m boven zeeniveau. Het eiland raakte ongeveer 10.000 jaar geleden van het vasteland geïsoleerd door stijging van de zeespiegel.
Er zijn 104 soorten planten en bomen op het eiland. Er is bosvorming op de meer beschut liggende hellingen. De vlakke, onbeschutte gedeelten van het eiland zijn overdekt met een soort heide en gras in grote pollen ("tussocks").
Op het eiland bestaan flinke populaties reptielen waaronder vier soorten skinken en een soort gekko. Een soort skink uit het geslacht Ctenotus (Ctenotus labillardieri) heeft zich ontwikkeld tot een eilandras. Er zijn geen slangen op het eiland.
Tot de bewoners van het eiland behoren verder een paar zoogdieren. Zo zijn er de Nieuw-Zeelandse zeebeer en de Australische zeeleeuw. Te land zijn er nog een paar soorten zoogdieren waaronder een klein soort wallaby de quokka (Setonix brachyurus).
Verder is het een door BirdLife International aangemerkt belangrijk vogelgebied (Important Bird Area); er broeden zeevogels zoals langvleugelstormvogel (Pterodroma macroptera) en de dwergpinguïn (Eudyptula minor).
Bovendien wordt het eiland gebruikt als kunstmatig refugium voor dieren die op het vasteland in hun bestaan worden bedreigd. Daarom zijn een kangoeroerat, Gilberts potoroe (Potorous gilbertii) en een zangvogel de grote doornkruiper (Atrichornis clamosus) op het eiland geïntroduceerd.
Er zijn 104 soorten planten en bomen op het eiland. Er is bosvorming op de meer beschut liggende hellingen. De vlakke, onbeschutte gedeelten van het eiland zijn overdekt met een soort heide en gras in grote pollen ("tussocks").
Op het eiland bestaan flinke populaties reptielen waaronder vier soorten skinken en een soort gekko. Een soort skink uit het geslacht Ctenotus (Ctenotus labillardieri) heeft zich ontwikkeld tot een eilandras. Er zijn geen slangen op het eiland.
Tot de bewoners van het eiland behoren verder een paar zoogdieren. Zo zijn er de Nieuw-Zeelandse zeebeer en de Australische zeeleeuw. Te land zijn er nog een paar soorten zoogdieren waaronder een klein soort wallaby de quokka (Setonix brachyurus).
Verder is het een door BirdLife International aangemerkt belangrijk vogelgebied (Important Bird Area); er broeden zeevogels zoals langvleugelstormvogel (Pterodroma macroptera) en de dwergpinguïn (Eudyptula minor).
Bovendien wordt het eiland gebruikt als kunstmatig refugium voor dieren die op het vasteland in hun bestaan worden bedreigd. Daarom zijn een kangoeroerat, Gilberts potoroe (Potorous gilbertii) en een zangvogel de grote doornkruiper (Atrichornis clamosus) op het eiland geïntroduceerd.
Kaart (cartografie) - Bald Island
Kaart (cartografie)
Land (geografie) - Australië (land)
Vlag van Australië |
De oorspronkelijke bewoners van Australië zijn de Aboriginals. Het land werd door hen al enkele tienduizenden jaren bewoond voor de immigratie uit Europea begon. Nadat Willem Jansz Australië in 1606 opmerkte, duurde het nog tot 1770 voor de oostkust gekoloniseerd werd door de Britten, die het eiland in eerste instantie als strafkolonie gebruikten. Van 1650 tot 1817 heette het hele continent Nieuw Holland, alleen de namen Arnhemland, Nieuw-Zeeland en Tasmanië herinneren nu nog aan de Nederlandse ontdekkingsreizen in dit gebied. New South Wales was in 1788 de eerste kolonie en in de 19e eeuw volgden nog vijf andere koloniën, de voorlopers van de huidige Australische staten. Op 1 januari 1901 voegden de zes koloniën zich samen tot één federatie en werd het - hoewel nog niet volledig - onafhankelijk van het Verenigd Koninkrijk. Australië ontleent zijn soevereiniteit aan het zogenoemde settled colony principle dat bepaalt dat het land vreedzaam werd gekoloniseerd.
Valuta / Taal
ISO | Valuta | Symbool | Significant cijfer |
---|---|---|---|
AUD | Australische dollar (Australian dollar) | $ | 2 |
ISO | Taal |
---|---|
EN | Engels (English language) |